Welkom op mijn website. Geleidelijk aan wil ik hier wat informatie beschikbaar stellen over dingen waar ik me al lang mee bezighoud.
Als antropoloog en filosoof heb ik geschreven over Afrikaanse cultuur en literatuur, over traditie en antitraditionalisme, en over religie en secularisatie.
Deze rode draden komen bij elkaar in het proefschrift Zingeving in het Westen: Traditie, strijdersethos en christendom, dat ik op 5 oktober 2015 heb verdedigd en waarvan in 2016 een publiekseditie verschenen is.
In Zingeving in het Westen bied ik een fundamentele cultuurkritiek. Ik sta stil bij dingen die we als westerlingen gemakkelijk over het hoofd zien en veronachtzamen, omdat we ons geen rekenschap geven van de traditionele voorwaarden van het menszijn. Om zin te leren geven aan ons handelen, moeten we verwachtingen hebben van een concreet leven dat bestaat dankzij de spontane toewijding van velen – en daarmee dankzij traditie. De weigering iets te verwachten van traditie werkt een irrationeel vertrouwen in de hand in de eigen passie of ratio.
Het is misschien goed om te benadrukken dat ik bij traditie niet denk aan oude ambachten, folklore of andere zaken die we aan het infuus van onze nostalgie in leven houden, en al helemaal niet aan een homogene cultuur. Traditie is voor mij de leefwereld die bestaat bij de gratie van wat we alleen in het directe contact met anderen kunnen leren en leren waarderen. Het beste uit mensen naar boven halen, en hen vertrouwen geven in hun eigen spontaneïteit – dit kunnen we onmogelijk doen aan de hand van reflexieve recepten alleen. Traditie doet ons leven in een wereld die voor het denken onoverzichtelijk is, die vele verschillende soorten van bevrediging biedt, en die ons ertoe uitnodigt ons (verder) te verwerkelijken. Het moderne wetenschappelijke denken heeft ons ontegenzeggelijk veel gebracht. En ik pleit zeker niet voor een situatie waarin traditie ‘alles in allen’ is. Maar de gedachte dat we, als we alles uit het leven willen halen wat erin zit, het beste kunnen afgaan op ‘objectieve kennis’ beschouw ik als misleidend en gevaarlijk. Ik heb geprobeerd te achterhalen hoe het komt dat deze gedachte veel moderne westerse burgers als vanzelfsprekend voorkomt, en wat de gevolgen daarvan zijn.
Die gevolgen manifesteren zich niet alleen in het Westen, maar, vanwege de mondialisering, ook in tal van andere cultuurgebieden. Mijn zorgen over deze ontwikkeling heb ik zo verwoord:
In veel delen van de wereld leidt de onkritische omhelzing van methoden die in het Westen ontwikkeld zijn als antwoord op het ontbreken van een traditioneel levensperspectief tot de vernietiging van levende tradities. Degenen die wegen banen voor de ‘vooruitgang’ menen dat het genoeg is kansen te bieden en mensen te motiveren om ze te grijpen. Dat het grootste deel van de menselijke energie gekanaliseerd wordt naar een streven om het te maken, of simpelweg te overleven, in uiterst competitieve omgevingen – dit zien ze als onvermijdelijk of vanzelfsprekend. Zelden horen we iemand de vraag stellen of mensen niet ook de kans verdienen om, aan de hand van beproefde methoden, een leven te realiseren dat vertrouwen geeft in wat ze als mens kunnen doen en zijn. De grootschalige verdringing van traditionele vormen van handelen door andere, instrumentele en zogenaamd rationele vormen van handelen – velen zien er de hand in van de voorzienigheid, en zij die niet in de voorzienigheid geloven, verwachten er wonderen van.
Antitraditionalisme is in mijn ogen mede belemmerend voor ons begrip van waar het om gaat in het christendom – en met name in het katholicisme. Ook hier is een verduidelijking op zijn plaats: ik bepleit geen terugkeer naar de (katholieke) traditie van ooit, maar juist een respect voor een diversiteit aan levende tradities, die alleen een idee kunnen geven van manieren van menszijn die ‘het redden waard’ zijn. Ik benadruk daarmee, op een eigen manier, het belang van wat tegenwoordig de ‘inculturatie’ van het geloof wordt genoemd.
In maart 2021 is een nieuw filosofisch boek verschenen, Stiefkind van de rede: essays over de voorwaarden van menselijkheid. Hierin ga ik dieper in op courante visies (van neodarwinistische tot postmoderne) die mijns inziens een veel te beperkt beeld geven van wat we nodig hebben om ons als mensen te ontwikkelen, en om een min of meer bevredigend leven te leiden. Ik kan natuurlijk alleen op de beperkingen van die visies wijzen door zo goed mogelijk te beschrijven wat ze verduisteren en vertekenen. In twee van de vijf essays geef ik, meer in detail dan in het vorige boek, aan hoe tradities een levensperspectief oproepen en ondersteunen.
In november 2021 is een boek met meer populaire cultuurkritische essays verschenen bij Uitgeverij Wereldbibliotheek, Wat zijn we aan het doen? Hoe we onze menselijkheid opofferen aan economie en technologie. Daarin kijk ik naar wat grote ontwikkelingen – zoals mondialisering, technologisering, economisering – met mensen doen, en vooral naar hoe ze bepalen hoe mensen naar zichzelf en naar elkaar gaan kijken.
Aan beide boeken uit 2021 (een presentatie van Stiefkind van de rede zat er eerder niet in vanwege de coronabeperkingen) is op 19 november een avond gewijd in de Wageningse bibliotheek. Het ‘hoofdgerecht’ was een forumdiscussie, waaraan Chris Keulemans, Aleid Truijens, Lara de Brito en Frank Bosman deelnamen.
Ik werk nu aan een eigen filosofisch-antropologisch onderzoeksproject, in samenwerking met de Faculteit Theologie en Religiewetenschappen van de KU Leuven, getiteld ‘Ritual and Reality: How to think about the gap between the human world and nature.’
Twee andere rode draden zijn niet in de bovengenoemde boeken (of andere recente publicaties) terug te vinden: muziek en literatuur. Lang geleden heb ik als dichter van me laten horen; die draad lijkt nu even kwijt, maar wie weet duikt hij weer een keer op. Verder heb ik onderzoek gedaan naar muziek in Afrika, en heb ik het een en ander gecomponeerd. Op termijn zal hier, naar ik hoop, ook wat te beluisteren zijn.